Wat wel te eten:
Om te beginnen als eerste een energie gevend voedingspatroon dat als basis dient voor:
1 een gezonde opbouw van cellen
2 ontstekingsremmend
3 niet verzurend
4 voorkomen van bloedsuikerschommelingen
Dus is het preventief, curatief, optimaal, vol variatie, en energie gevend.
Een patroon dat rekening houd met bovenstaande evenwichten bestaat uit het volgende.
1 Fruit en weinig vruchtensappen
2 Ruim groenten. Vooral de rauwe zijn belangrijk, omdat er nog bacteriën en enzymen aanwezig zijn, die dood gaan bij verhitting.
3 In iedere maaltijd een eiwitbron, de hoeveelheid is belangrijk.
4 Eiwitten meer halen uit plantaardige dan uit dierlijke bronnen
5 weinig zuivel, geen koemelk zuivel
6 Splitsen van koolhydraten en eiwitten
7 Geen suiker, beperkt gebruik van natuurlijke suikers
8 weinig granen, geen tarwe
9 werken met olijfolie, roomboter of kokosolie
10 Beperking van cafeïne en alcohol
11 Vermijden van synthetische toevoegingen.
Drie maaltijden per dag, waarvan de avondmaaltijd het lichts verteerbaar is. Na 20.00 uur niet meer eten.
Dit voedingspatroon is een structurele wijziging in de voedingsgewoonten. Het kan even duren voor grote resultaten geboekt worden. Kleine kwalen verdwijnen vrij vlot. De achteruitgang is ook langzaam, vaak onopgemerkt gegaan. Er gaan jaren aan vooraf, want het lichaam kan heel veel klappen opvangen.
Ik zal punt 6 nog een keer uitlichten, en in de volgend brieven gaan we beginnen met wat precies eiwitten en koolhydraten zijn.
Koolhydraten nemen we voor 85-90% op, vetten voor 95%, en eiwitten nemen we nooit in zijn geheel op. Eiwitten produceren zure sappen voor hun vertering. Ze worden langzaam verteerd. Koolhydraten worden snel verteerd en hebben daarvoor andere enzymen nodig dan eiwitten. In combinatie zullen de tegengestelde enzymen en verteringssappen met elkaar strijden en elkaar neutraliseren met als gevolg dat het voedsel niet op de juiste manier word verteerd.
Eiwitten komen in de maag in een hele zure omgeving terecht. Wat nodig is omdat de maag heel sterk is en het eten goed kan kneden, waardoor de grote eiwitmoleculen goed verteerd worden door de zure omgeving. Als je dan ook veel koolhydraten gaat eten gaat de sluitspier van de maag te snel open en komt de brei in de 12 vingerige darm terecht waar normaal de koolhydraten verteerd worden. Dat komt omdat de klep van de maag opengaat bij een impuls van 8% kleine deeltjes. En koolhydraten en suikers zijn kleine deeltjes. Je hebt nu dus eiwitten in je darm die nog niet voor verteerd zijn.
Bij kleine kinderen kun je dat merken, ze zijn nog niet aangepast en krijgen buikpijn van dat zuur wat doorkomt. Een voorbeeld is het eten van een bord pasta. Pasta is heel veel koolhydraten met graan eiwitten. Door de snelle opening van de maagsluitspier komt het maagzuur met de nog niet goed voorverteerde graan eiwitten in de darm en krijgen ze een branderig gevoel van dat zuur. En dat doet pijn. In een verder stadium hebben ze al pijn na een boterham met chocoladepasta. Dus is buikpijn bij kinderen wel degelijk pijn en meestal geen roep om aandacht.
Je kan dit met een dieet en met wat manuele technieken verhelpen.